woensdag, december 28, 2011

Aanmaning Suriname ivm Saamaka vonnis



Suriname heeft van de Inter-Amerikaanse commissie voor de Rechten van de Mens een aanmaning gekregen om uitvoering te geven aan het Samaaka vonnis. Dit vonnis kreeg Suriname op 28 november 2008 tegen zich uitgesproken voor het schenden van de rechten van in stam verband levende volkeren, zoals het niet toewijzen van grondenrechten. Suriname wordt in dit nieuwe rapport de gelegenheid gegeven tot 30 maart een gedetailleerd rapportage op te sturen aan het Hof van wat tot nu toe is nagekomen uit het vonnis.

In de nota wordt Suriname ook nog opgedragen om elke drie maanden te rapporteren aan het Inter-Amerikaans Hof, gevestigd in Costa Rica. De aanmaning komt na rapportage van de Saramaccaanse gemeenschap dat de Surinaamse overheid geen stappen onderneemt het vonnis na te leven en publiekelijk heeft verklaard niet klaar te zijn om uitvoering te kunnen geven aan het vonnis. De vertegenwoordigers van de stammen hebben het Hof intussen ook gerapporteerd dat de overheid zonder de lokale gemeenschappen te kennen hun woongebieden of delen daarvan in concessie afstaat aan derden.

Vonnis
In het oorspronkelijk vonnis wordt Suriname opgedragen de grondenrechten van twaalf Saramaccaanse stammen te erkennen. Er moest een begin worden gemaakt met de demarcatie van hun gebied. Suriname is daarnaast ook nog veroordeeld voor het betalen van en som van 70.000 Amerikaanse dollars aan proceskosten. Tot een van de punten van het vonnis hoort ook nog het opzetten van en fonds voor de stammen, dat gebaseerd is op ontwikkeling, onderwijs en andere economische activiteiten. Ook de Surinaamse wetgeving moest aan het vonnis worden aangepast.

In 2002 en 2004 heeft het Hof al een verzoek gedaan aan Suriname geen terreinen die behoren tot het grondgebied van de in stamverband levende gemeenschappen, uit te geven. In 2004 werd de staat aangezegd om alle houtkapconcessies, mijnbouwexploratie en andere exploitatie van natuurlijke hulpbronnen aan te houden in gebieden die gebruikt en geoccupeerd werden door de Saramaccaners, totdat de inhoudelijke klachten in de zaak waren onderzocht.

Geen opmerkingen: