vrijdag, september 21, 2007

Guyana krijgt leeuwendeel maritiem grensgebied

Paramaribo - Met de toegewezen 33.152 vierkante kilometer (12.800 vierkante mijl) krijgt Guyana het leeuwendeel van het maritieme grensgebied dat Suriname tot zijn grondgebied rekende. Suriname krijgt de resterende 17.871 vierkante kilometer (6.900 vierkante mijl). Dat heeft het Arbitrage Tribunaal inzake de VN Conventie over de rechten van de zee (UNCLOS) gisteren bekendgemaakt. Toch is president Ronald Venetiaan tevreden en verheugd over de uitspraak en doet hij een beroep op de samenleving deze te accepteren en te respecteren en ook tevreden te zijn. Vooral omdat nu definitief een einde is gekomen aan het dispuut met Guyana over het zeegrensgebied, een voor partijen bindende grenslijn is bepaald en de “drastische lijn” die Guyana wilde laten trekken is afgewezen. Ook de schadevergoeding van 34 miljoen US dollar die Georgetown had geëist, is door het tribunaal van tafel geveegd. Het tribunaal heeft verder bevestigd dat de gehele Corantijnrivier van Suriname is en, gelet op de grens die nu is getrokken in de territoriale zee, heeft Suriname de ruimte om de scheepvaart in en uit de Corantijnrivier te controleren. De vermoedelijke oliebron, Eagle, de directe aanleiding voor het oplaaien van het maritiem grensgeschil in juni 2000, valt nu binnen het gebied dat aan Guyana is toegewezen. De president hoopt dat eventueel aan de Surinaamse kant van de zeegrens ook aardolie zal voorkomen. Eagle ligt op 8 mijl van de nu vastgestelde grenslijn. Tijdens een persconferentie gistermiddag benadrukte Venetiaan dat met de uitspraak Suriname ongeveer 12.000 vierkante kilometer zeegebied extra bijkrijgt om daar voorkomende natuurlijke hulpbronnen te exploiteren. Zowel het staatshoofd als Paul Saunders, die Surinames case bij het tribunaal verdedigde, wees erop dat de verdediging succesvol is geweest, waardoor een aantal van Guyana’s claims zijn afgewezen. Zo werd de eis om de grens te laten lopen vanaf de 34 graden lijn afgewezen. Hierdoor liggen enkele olieconcessies die door Georgetown waren uitgegeven nu op Surinames territoir. Ook de claim dat Suriname geweld heeft toegepast om het CGX-olieboorplatform in 2000 te verjagen, is afgewezen. Wel werd Suriname op de vingers getikt dat met geweld is gedreigd. Ook Guyana is door het tribunaal berispt, omdat dat land tegen beter weten in concessies in een betwist gebied heeft uitgegeven en ook toestemming heeft gegeven om olieboringen te laten verrichten. Beide landen zijn bovendien bekritiseerd, omdat ze vóór het CGX-conflict onvoldoende hebben gedaan om in die periode provisionele afspraken te maken omtrent activiteiten in het toen nog omstreden gebied. Dat Suriname de marine inzette om zijn soevereiniteit te verdedigen, is volgens Venetiaan ten onrechte als onwettige dreiging met geweld gekwalificeerd. Venetiaan riep Guyana op ermee in te stemmen dat de documenten en mondelinge pleidooien van partijen in deze zaak, openbaar worden gemaakt, “zodat eenieder hieromtrent voor zichzelf kan oordelen”.-.